Corona kluistert ons aan huis. We wandelen en fietsen veel maar brengen ook veel tijd door in en rond ons huis. De tuin is nog nooit zo’n bron van plezier voor ons geweest als dit jaar. Het was eind vorig jaar toen ik een artikeltje las op de site van het IVN (Instituut voor Natuurbescherming) over Tuinyforest, in goed Nederlands, tuinbosje. Onze tuinen verstenen in rap tempo, de openbare ruimte wordt geasfalteerd. Het regenwater krijgt geen kans de grond in te zakken en onze bijen, vliegen, wespen, torren enz. hebben veel te weinig bloemen om voedsel te vinden. Het wordt een vervelend verhaal. Doe er wat aan schreeuwt het artikel van het IVN en ze vertellen meteen ook hoe. Tuinyforest, een klein bosje, slechts 3 vierkanten meter groot, bestaande uit negen verschillende bomen en struiken, in je eigen tuin aanplanten. Een bosje, meer mag natuurlijk ook, draagt al bij aan meer biodiversiteit, meer insecten, meer ruimte voor vogels, meer stikstofneerslag, meer zuurstof, minder opwarming van de aarde en meer verkoeling bij hete dagen. De voordelen zijn niet op te noemen. En nu niet zeggen: “drie meter maakt toch niks uit”. Nee gewoon doen en niet omzien. Dit waren zo mijn gedachten na het lezen van het artikeltje over dat Tuinyforest. Ik heb er meteen vier besteld om twee aan twee te planten in onze achtertuin. En toen begon het wachten. De boompjes zouden half maart geleverd worden door Intratuin. Voor mij zou dat Intratuin in Nuenen zijn. 15 maart toog ik op de fiets naar Nuenen. Hopelijk waren mijn fietstassen groot genoeg voor vier tuinyforests. Er stond een straffe wind die dag, heen met wind in de rug ging prima maar terug naar huis, nu met mijn lading in de fietstassen, was het een stuk zwaarder. De band die ik aanging met mijn 36 boompjes en struiken werd er alleen maar sterker door.

De grond in onze tuin lag al klaar, keurig omgespit en bemest. Het materiaal om na planten de grond te mulsen lag klaar. Mulsen is de omgespitte grond bedekken met gras, stro of ander organisch materiaal dat de grond warm en vochtig houdt en voorkomt dat het onkruid de overhand krijgt. Het plantmateriaal werd in potten geleverd en kon dus wel een dagje wachten om geplant te worden. De volgende zou ik de bosjes gaan planten. Twee stuks van iedere soort in ieder bosje, ongeveer zoals de dieren in de ark van Noach. Na een paar uur stonden er twee tuinyforests in onze tuin, bestaande uit lijsterbes, egelantier, kardinaalsmuts, zoete kers, boswilg, sporkenhout, hazelaar, rode kornoelje en sleedoorn, zo’n veertig centimeter uit elkaar geplant. Daarna flink water geven en de grond mulsen met gras uit eigen tuin, zodat de bodem vochtig en warm bleef.
De eerste weken waren weken van intensieve zorg. Iedere dag liep ik mijn twee bosje langs om te zien hoe ze er bij stonden en of de bodem nog vochtig genoeg was. Alles ging goed, slechts een boswilg legde het loodje. Nu zijn we ruim vier en een halve maand verder en het resultaat is prachtig. Geholpen door een tamelijk nat voorjaar en zomer, staan onze bosjes er heel mooi bij. De merels scharrelen lustig onder de struiken in de muls, op zoek naar pieren en hier en daar dringen prachtige bloemen door de muls. Volgend jaar verwacht ik dat de bomen en struiken gaan bloeien en zullen de insecten en vogels zich te goed kunnen doen aan nectar en vruchten. We genieten al jaren van onze tuin, maar dit jaar meer dan ooit.
